In every physical symptom, there is a piece of personal history. ‘Illnesses’ are symptoms and usually just the tip of the iceberg.
In elk lichamelijk symptoom ligt een stukje persoonlijke geschiedenis opgeslagen. ‘Ziektes en stoornissen’ zijn ergens de symptomen van en laten meestal slechts het topje van de ijsberg zien.
(vrij vertaald vanuit ‘My Body My Trauma My I, Setting up Intentions Exiting our Traumabiography. Franz Ruppert 2018
Trauma-biografie
In de voorgaande blog posts heb ik een aantal keren het begrip ‘Trauma-biografie’ gebruikt. Ik realiseer me dat dit een begrip is wat niet meteen voor iedereen helder is. Zelf had ik er, voordat ik me ging verdiepen in het psychotrauma werk van Franz Ruppert, ook nog nooit van gehoord. Wellicht goed om er nu wat aandacht aan te besteden in dit blog. Het is een begrip wat naar mijn idee door Ruppert in een eenvoudige overzicht wordt weergegeven. Het geeft een beeld van de invloed en de ‘route’ die ingrijpende en vaak traumatiserende gebeurtenissen hebben op de ontwikkeling van autonomie en identiteit.
Zelfontmoeting
Zowel in de Psychosynthese begeleiding als in het Psychotrauma werk van Franz Ruppert, wordt je uitgenodigd om jezelf te ontmoeten. Bij beide benaderingen staat de vraag centraal; ‘Wie ben ik’ en ‘wat wil ik’. Deze uitnodiging om jezelf te ontmoeten wordt niet door iedere cliënt die zich aanmeldt, vanzelfsprekend aangenomen. Dat begrijp ik heel goed. Ik weet uit eigen ervaring dat dat niet een uitnodiging zonder consequenties is. Gisteren luisterde ik naar de meest recente podcast van De Broedplaats. Robert Bakker, psychosynthese therapeut en trainer bij de Broedplaats voor psychosynthese, deed een uitspraak die bij me bleef hangen.
De weg naar binnen gaan heeft consequenties
Hij zei: “Je kan niet ongestraft de weg naar binnen gaan. Dat heeft consequenties” Ik kan me voorstellen dat dit best een stevige stellingname is die de uitnodiging om de weg naar binnen te gaan, jezelf te ontmoeten, wel eens zou kunnen ontmoedigen. Het komt waarschijnlijk door het gebruik van het woord ‘straffen’. Een woord wat net als ieder ander woord voor iedereen een persoonlijke ‘lading’ heeft. Toch is het wel belangrijk om even stil te staan bij wat er eigenlijk gezegd wordt. De weg naar binnen gaan heeft namelijk consequenties.
Het ego houdt niet van verandering
Meestal kun je deze consequenties niet van te voren overzien of in kaart brengen. Dat maakt het voor het ego, voor onze overlevingsstrategieën , zo lastig. Het ego is nu eenmaal gericht op het bewaren van de ‘status quo’. Ook al is die status niet wat we op dit moment fijn vinden. Het kan zelfs een status zijn waarin we ons niet veilig voelen. We houden het liefste controle over welke ontmoeting dan ook en vooral wanneer we een weg moeten inslaan die ons onbekend is en misschien zelfs gepaard gaat met angst en weerstand. Het vraagt best veel om, wanneer het verlangen naar persoonlijke ontwikkeling en innerlijke groei steeds groter wordt, echt tijd en ruimte te maken voor een ontmoeting met jezelf. Om jezelf te leren kennen in wie je bent en wat je wilt.
Crisis als kans
Vaak is er dan een aanleiding die je helpt om de uitnodiging aan te nemen en je eigen verlangen serieus te nemen. Dat kan zowel bewust als onbewust gebeuren. Het kan ook zijn dat het lichaam het gewoon overneemt wanneer je met je hoofd of met je hart nog niet kan kiezen omdat de overleving nog te sterk is en je je nog niet veilig en beschermd genoeg voelt om je verlangen werkelijk toe te laten. Wanneer het gaat om ervaringen in het prille begin van de persoonlijke ontwikkeling dan heb je als kind ook helemaal geen keuze en kun je alleen maar overschakelen op de overlevingsmodus. Wanneer je ouder wordt en toegaat naar de volwassenheid, kan dat meestal wel en kun je je bewust worden dat overleving niet de enige optie meer is. Lichamelijk klachten kunnen het signaal afgeven dat het tijd is om aandacht en ruimte te maken voor wat zichtbaar wil worden in en door de symptomen heen.
Durf kritisch te zijn.
Wanneer je dan eenmaal zover bent dat je de stap hebt kunnen zetten om hulp te vragen, hoop ik dat je terecht zal komen bij een begeleider of therapeut die vertrouwt is met de weg naar binnen en de consequenties van die tocht heeft kunnen accepteren en integreren in zijn of haar leven. Als het goed is staat dat niet op zijn of haar diploma maar wordt in het contact zichtbaar, hoe zij of hij haar eigen antwoorden leeft. Durf dus ook kritisch te zijn op waar en bij wie je de uitnodiging aanneemt om jezelf te ontmoeten en de weg naar binnen te gaan.
Maken van een persoonlijke biografie als voorbereiding op een begeleidingstraject.
Toen ik begon met mijn eigen proces bij een psychosynthese therapeut werd me gevraagd om voor de intake een uitgebreid verslag te maken van mijn eigen biografie. Het was bedoeld dat ik de tijd zou nemen om stil te staan bij hoe mijn persoonlijke leven zich van geboorte tot nu had ontwikkeld. Om even stil te staan en te kunnen reflecteren op de belangrijke events in mijn leven. Ziekte, geboorte, dood, huwelijk, scheiding, opleiding, enz… Zo ontstaat er een beeld waarin er een soort tijdlijn zichtbaar wordt van de persoonlijke ontwikkeling en komen de personen of gebeurtenissen in beeld die invloed hebben gehad op deze ontwikkeling. Het is een belangrijke ‘opdracht’ om daar tijd voor te nemen en heel bewust stil te staan bij wat er is gebeurd en hoe je je daarmee hebt leren verhouden. Vaak worden er patronen zichtbaar die laten zien hoe je je daarmee hebt weten te verhouden. Meestal is het een belangrijk document wat de begeleider of therapeut veel informatie en inzicht geeft in de persoonlijke geschiedenis van de cliënt.
De trauma-biografie
De Trauma-biografie waar Ruppert in zijn Psychotrauma theorie en therapie over spreekt gaat verder dan stil staan bij de persoonlijke gebeurtenissen in de eigen tijdlijn. Het voegt meerdere perspectieven toe aan het werken met de persoonlijke biografie. Bijvoorbeeld het perspectief van de periode voor, tijdens en na de geboorte. En het perspectief van de invloed van voorgaande generaties. Trauma’s kunnen van de ene generatie worden doorgegeven aan de generatie die volgt. En wanneer dit trauma niet wordt doorgewerkt en de energetische lading wordt doorbroken, wordt het onbewust doorgegeven. Wanneer een moeder niet in staat is om met een open en vrij hart haar kind, in en na de zwangerschap, te dragen en te verzorgen, dan beïnvloedt dit de ontwikkeling van het kind, wat op dat moment niet anders kan dan ‘overleven’ in een situatie die niet veilig voelt. Alles wat er in die belangrijke periode van de eerste en vroegste ontwikkeling van een nieuw (on)geboren leven plaats vindt wordt door het lichaam van het kind in het zogenaamde ‘celgeheugen’ opgeslagen. Een mens is een levend organisme wat bestaat uit nog vaak niet begrijpbare en onbewuste processen van allerlei structuren en systemen (hormonaal, neurologisch enz….) die elkaar wederzijds beínvloeden en waar in het geheugen van iedere levende cel ervaringen worden opgeslagen die we met ons bewuste brein niet kunnen bereiken.
Kritiek op het werk van Ruppert
Er is ook kritiek op de benadering van Ruppert in het werken met vroegkinderlijk trauma. De kritiek richt zich dan met name op het feit dat Ruppert veel nadruk legt op de rol van de moeder in de trauma-biografie. En natuurlijk ligt niet alles alleen bij de moeder. Maar ze is wel de persoon waarmee het ongeboren leven gedurende de hele zwangerschap een eenheid vormt. Een systeem waarbinnen op alle niveaus (hormonaal, neuraal, energetisch, enz.) informatie aan elkaar wordt uitgewisseld. En het kind is de eerste jaren en vooral de eerste maanden van zijn of haar leven totaal afhankelijk van de zorg en aandacht van de ouders en in de meeste gevallen de moeder. Ruppert verdeelt de persoonlijke ervaringen die als traumatisch kunnen worden beschouwd in het leven van een individu in een eenvoudig overzicht. De eerste ervaring leidt tot de volgende:
Niet gewenst zijn
Het kan zijn dat de moeder ontdekt dat ze zwanger is terwijl het niet gewenst is op dat moment. Misschien is er zelfs sprake geweest van een verkrachting of een mogelijke overweging tot abortus. Het kan ook zijn dat de vader de zwangerschap niet wenst of dat er sprake is van een onveilige situatie waarin beide ouders zich bevinden door oorlog of ander crisis situaties. Allemaal situaties waarin een kind ervaart dat het niet gewenst is wat leidt tot wat Ruppert noemt het Trauma van de Identiteit. Vanaf het moment van de conceptie zoekt het nieuwe leven een plek in de baarmoeder. Wanneer het nieuwe leven om wat voor reden dan ook niet welkom, niet gewenst of niet gepland is, wordt deze mens in wording al geconfronteerd met de eerste obstakels die het moet overwinnen/overleven in een omgeving die soms bewust maar vaker onbewust deze ‘innesteling’ belemmerd. Het kan ook zijn dat de moeder of de vader teleurgesteld zijn wanneer de moeder zwanger is van een jongen terwijl ze op een meisje hadden gehoopt. Deze vroege traumatisering zorgt ervoor dat het idee van een eigen ‘Ik’, een eigen identiteit, als bedreigend wordt ervaren. Je eigen behoeften en verlangens volgen zou betekenen dat je verstoken blijft van de noodzakelijk liefdevolle zorg en aandacht die je in dit prille begin zo nodig hebt. En als kind ben je je dit natuurlijk allemaal niet bewust. Toch wordt dit onbewust in het lichaamsgeheugen opgeslagen en wordt daarmee de blauwdruk voor de ontwikkeling van het gedragsrepertoire waarmee het kind zich in de wereld gaat begeven.
Niet geliefd zijn
Vanuit het Trauma van de Identiteit volgt onvermijdelijk de ervaring van het gemis aan liefdevolle zorg en aandacht voor wie het kind werkelijk is in zijn of haar eigen behoeften. Het kind richt zich, wanneer het niet bekrachtigd is geworden in wie hij is, op de ander en wisselt daarmee zijn eigen autonomie en eigen behoeften in voor de autonomie en behoeften van de ander. Het kind wordt daarmee letterlijk getrokken in het trauma van de ander omdat het de enige manier is om zich verbonden te voelen met de ander. Omdat het kind vanuit het niet gewenst zijn zich al heeft moeten terugtrekken, gaat het zich voor de noodzakelijke liefdevol zorg en aandacht om te overleven, richten op de behoeften en de verlangens van de ander. In de meeste gevallen is dat de moeder. Het kind raakt hiermee in een symbiotische verstrikking met de moeder. Het leeft vanuit het motto: ‘Ik ben gelukkig als jij gelukkig bent’ In het volwassen leven kan het dan zo zijn dat dit onverwerkte trauma ervoor zorgt dat twee partners elkaar ontmoeten in elkaars trauma en/of overlevingsdeel en elkaar onbewust nodig hebben voor de vervulling van elkaars behoeften en dit de enige manier lijkt te zijn om zich te verbinden vanuit het hart. Het kind blijft dan onbewust zijn hele leven zoeken en verlangen naar de moeder die er toen het nodig was niet was of niet beschikbaar was om hem of haar met een vrij hart en een vrije wil te ‘spiegelen’ en voor te leven dat het gewenst, geliefd en beschermd is.
Niet beschermd zijn
Het Trauma van de liefde is vervolgens een rijke voedingsbodem voor het ontstaan van het trauma van de Seksualiteit. Niet beschermd zijn en daarmee vatbaar voor de invloed van het daderschap van de ander. Een dader die vervolgens ook weer vast zit in zijn of haar eigen Traumabiografie. Doordat het jonge kind niet in staat is zijn of haar eigen grenzen aan te geven of zichzelf te beschermen, is het vatbaar voor het daderschap van de ander. Misbruik in verschillende vormen ligt dan op de loer.
Ervaringen van eigen daderschap
Ruppert gaat er in zijn Psychotrauma theorie vanuit dat elke vorm van traumatisering kan lijden tot het daderschap tegen zichzelf en of tegen de ander. Om het trauma van het slachtoffer zijn te kunnen overleven kan het slachtoffer in de overlevingsstrategie terechtkomen van het daderschap om het eigen trauma niet te hoeven voelen. Het kan ook zijn dat het daderschap zich richt naar zichzelf en het eigen lichaam. Auto-immuunziektes zijn daar een voorbeeld van waarbij het lichaamseigen materiaal als vijand wordt gezien. Ook eet-stoornissen zijn eigenlijk een daderschap naar zichzelf.
Het gaat in deze blogpost te ver om de achterliggende theorie m.b.t. de Trauma biografie hier nog uitvoeriger te beschrijven. Voor de geïnteresseerde lezer raadt ik aan om het werk van Ruppert daarover te raadplegen.
The actual experience of a trauma remain in the body even when emotional pain, fear, anger, disgust or shame no longer force their way into the consciousness as a result of emotional numbing and psychological splitting. We can therefor state, the truth concerning our experiences is stored in our body. The body does not lie!
De daadwerkelijke ervaring van een trauma blijft in het lichaam, zelfs als emotionele pijn, angst, woede, walging of schaamte niet langer het bewustzijn binnendringen als gevolg van emotionele verdoving en psychologische splitsing. We kunnen daarom stellen dat de waarheid over onze ervaringen in ons lichaam is opgeslagen. Het lichaam liegt niet!
(vrij vertaald vanuit ‘My Body My Trauma My I, Setting up Intentions Exiting our Traumabiography. Franz Ruppert 2018)
Het lichaam liegt niet
Het werken met de opstellingsmethode van Frans Ruppert biedt de gelegenheid om jezelf in je eigen trauma-biografie onder ogen te komen. Jezelf te ontmoeten. Niet op een cognitief en intellectueel niveau maar op het niveau van het lichaam waar de informatie is opgeslagen en ligt te wachten om bevrijdt te worden. Het werken met Trauma-opstellingen is lichaamswerk.
Ik nodig je van harte uit om jezelf te ontmoeten in wie je bent en wat je wilt. Een uitnodiging die niet zonder consequenties is maar wel in een setting die veilig en betrouwbaar is met een begeleider die zichzelf heeft leren ontmoeten en de weg naar binnen ook heeft afgelegd en de consequenties heeft kunnen accepteren en integreren in zijn eigen leven. Wat niet betekent dat ik als mens of als therapeut geen vragen meer heb of geen angsten en onzekerheden meer ken. Het betekent dat ik erbij kan blijven en durf te blijven verlangen naar een vol en vrij leven. Vrij van en vrij tot.
When we bring our healthy ‘I’ back to full bloom and freely develop our own will, our self-healing powers can unfold
Uit: My Body My Trauma My I, Setting up Intentions Exiting our Traumabiography. Franz Ruppert 2018)