De grote leraren weten: waar we vandaan komen beïnvloedt waar we naar toe gaan, en alles uit het verleden wat onverwerkt is beïnvloedt ons heden.

Uit: Het is niet met jou begonnen, de erfenis van Familietrauma. Mark Wolynn

Kerngezin

Het is een van de eerste vragen die ik stel wanneer we na het kennismakingsgesprek in de praktijk aan het werk gaan. Waar kom je vandaan, in wat voor gezin ben je geboren. De manier waarop het antwoord op deze vragen zichtbaar wordt is, door het gezin van herkomst in de ruimte op te stellen. Het kerngezin.

Opstelling

Het is altijd weer bijzonder om het antwoord op deze vraag door middel van een opstelling in de ruimte zichtbaar te maken en de verschillende leden van dit kerngezin samen de onderzoeken. Je kunt de cliënt vragen naar zijn kerngezin, maar het in de ruimte opstellen geeft een hele andere ervaring en dimensie aan de antwoorden. De energie zoals de cliënt dit kerngezin heeft ervaren is vaak voelbaar. Alsof het kerngezin in de ruimte even tot leven komt. De cliënt legt voor elk lid van het gezin een grondanker op de vloer. Dan vraag ik de cliënt om zich met elk lid afzonderlijk even te verbinden en te ervaren wat er in de verschillende posities afzonderlijk valt waar te nemen. Soms is zichtbaar en voelbaar hoe hecht de banden zijn met bijvoorbeeld vader, moeder, broer of zus, of hoe er juist weinig verbinding en/of afstand wordt ervaren met sommige leden van het kerngezin.

Hieronder zie je een foto van een opstelling die een cliënt onlangs maakte van zijn kerngezin. Merk op hoe hij in deze opstelling is afgewend van het kerngezin en merk ook op hoe zijn moeder is afgewend van het kerngezin.

Opstelling van het kerngezin door cliënt

Kerntaal

Ik noteer de ervaringen die de cliënt met me deelt, wanneer deze zich in de opstelling met elk lid afzonderlijk even verbindt. Ik noteer de woorden of korte zinnen die worden uitgesproken bij wat ze waarnemen. Bijvoorbeeld in de positie van moeder: ‘Ik voel me alleen en niet gezien’ of in de positie van zichzelf: ‘Ik voel me klein en ik moet erg mijn best doen’. Het zijn vaak gevoelens, gedachten of lichamelijke sensaties die de cliënt waarneemt wanneer ze zich bewust met een bepaald lid van het kerngezin verbinden. Soms is een ervaring zo heftig dat de cliënt zich niet kan of wil verbinden met een bepaald lid van het kerngezin. Dan kijken we er alleen maar naar en onderzoeken samen wat er wel mogelijk is.

Het is niet met jou begonnen

Hoewel ik als therapeut al een aantal jaren werk met verschillende methoden zoals het opstellen van het kerngezin of het opstellen van het verlangen, is er steeds meer onderzoek en literatuur wat deze manier van werken wetenschappelijk onderbouwd en beschrijft. Ervaringen van cliënten krijgen hierdoor een veel ruimere context. Ervaringen zijn hiermee niet meer alleen persoonlijk en individueel maar kunnen ook worden gezien vanuit bijvoorbeeld een trans-persoonlijk of trans-generationeel perspectief. Een van deze onderzoekers is Mark Wolynn, schrijver van het boek: ‘Het is niet met jou begonnen’. De erfenis van familietrauma. Hij refereert in zijn boek naar de meest recente onderzoeksresultaten uit de neurowetenschap, epigenetica en taalwetenschap van de afgelopen decennia.

Waar is het begonnen?

Mark Wolynn schrijft: ‘Een van de grootste hindernissen bij het oplossen van trauma’s is dat de oorsprong buiten zicht blijft. Zolang we onze gevoelens niet kunnen plaatsen, weten we vaak niet welke volgende stap we moeten zetten. Kerntaal kan de oorsprong van een trauma zichtbaar maken, zodat we ons kunnen losmaken van de manieren waarop we het verleden mogelijk zijn blijven herhalen.’

De oorsprong van trauma zichtbaar maken

Als een innerlijke toestand niet in bewustzijn wordt gebracht, zal hij zich als lot in de buitenwereld aandienen.

Carl Jung, Aion: Researches into the Fenomenologie of the Self

Kernklacht

In zo’n eerste sessie waarbij de cliënt aan het werk gaat met zijn kerngezin wordt meestal al een eerste indruk van de kernklacht zoals Mark Wolynn dat noemt zichtbaar. We kijken niet alleen naar de gesproken woorden maar ook naar de fysieke lichaamstaal. Het betekent dat ik als therapeut niet alleen goed moet luisteren maar ook goed moet waarnemen en observeren. Als therapeut kijk ik niet alleen naar het proces van mijn cliënten maar wordt ik ook voortdurend zelf uitgedaagd en uitgenodigd om naar mijn eigen proces te kijken. Zo heeft het werk van Mark Wolynn me ook uitgenodigd om opnieuw te kijken naar mijn eigen thema’s en de taal die ik vaak heb gebruikt in mijn eigen proces. De kernklacht waarmee ik vaak in therapie aan het werk ben gegaan is de angst om werkelijk zichtbaar te zijn in wie ik ben of zou willen zijn. Deze angst heeft zich vaak onbewust zichtbaar gemaakt door de neiging die ik had om me terug te trekken in mezelf. Ik wilde aan de ene kant heel graag ergens bij horen en had meestal het gevoel dat ik niet goed genoeg was en er dus niet bij hoorde.

De taal van onbegrepen klachten en symptomen

Deze angst uitte zich niet alleen in mijn houding en gedrag maar uitte zich ook door een aantal auto immuun ziekten die zich in de loop van mijn leven manifesteerden. Wat lichaamseigen is wordt als lichaamsvreemd ervaren. Er was een onbewust gevecht gaande van mijzelf tegen mijn zelf. Het heeft jaren geduurd voordat ik dat ging doorzien en mezelf kon losmaken van deze onbewuste verstrikkingen met het verleden. Een verleden waarin ik me niet alleen had geïdentificeerd met persoonlijke traumatische ervaringen maar ook met de traumatische ervaringen van met name mijn moeder en haar kerngezin.

Verlangen en angst

Mijn moeder is in 2011 overleden. Als ik terugkijk naar haar leven, dan denk ik dat ze een groot verlangen had om te genieten van wat het leven haar bood. Tegelijk heb ik ervaren hoe terughoudend en angstig ze vaak was om dat leven vrij te omarmen en aan te gaan. Dit verlangen, de angst en terughoudendheid heb ik ook ervaren in mijn eigen leven. Ik heb door therapie en opleiding veel van deze onbewuste verstrikkingen kunnen ontwarren en loslaten. Ik heb mezelf kunnen bevrijden van wat me lang heeft vastgehouden en belemmerd om voluit en vrij te durven leven.

De beelden die we hebben van ‘moeder’ en ‘leven’ hangen op vele niveaus met elkaar samen….Als de verbinding met onze moeder vrijuit stroomt, lijken een goede gezondheid, geld, succes en liefde vaak ook onze kant op te komen. Als de vroege hechtingsband met onze moeder onderbroken wordt, kan een donkere wolk van angst, tekort of wantrouwen onze standaardinstelling worden.

Uit: Het is niet met jou begonnen, de erfenis van Familietrauma. Mark Wolynn

Loslaten wat niet van jou is

Ik weet uit eigen ervaring dat het de moeite waard is om wat niet van jezelf is los te laten en terug te geven aan wie het toebehoort en je weer eigen te maken wat wel van jou is. De kerntaalbenadering zoals Mark Wolynn deze in zijn boek beschrijft kan je helpen om de onbewuste patronen in het bewustzijn te brengen en oude wonden te helen. Gelukkig kan ik mijn moeder steeds meer zien als de vrouw die ze was naast haar rol als moeder en opvoeder. Ook zij was dochter van haar moeder en haar moeder was op haar beurt ook weer dochter van haar moeder.

Eert uw vader en uw moeder

Vorige week was ik met een cliënt aan het werk en merkte tijdens de opstelling van zijn kerngezin de moeite die hij had om zich met zijn ouders verbonden te voelen. Hij voelde boosheid en verdriet bij het delen van zijn ervaringen als kind met zijn ouders en tegelijk voelde hij zich schuldig. Hij zei: Ik mag eigenlijk niet boos zijn, er is een stemmetje in mijn hoofd wat zegt: ‘Eert uw vader en uw moeder‘. Ik voelde de lading die er zat op deze woorden en herkende het vanuit mijn eigen ervaringen met het opgroeien in een Christelijk gezin. Alsof er een verbod ligt op de boosheid die wordt gevoelt en het benoemen daarvan. Het ja voor je ouders wordt dan vaak een nee tegen jezelf.

Waarheid is niet altijd wat we ervaren als waar.

Ik deelde met hem dat ik het schuldgevoel herken. Wat volgens mij wordt bedoelt met het eren van je ouders, is ze te kunnen zien in wie ze werkelijk zijn naast de ervaringen die je met hen hebt als kind. Vanuit het perspectief van ons innerlijk kind kunnen we dat niet maar vanuit ons volwassen en gezonde perspectief kunnen we dat wel. Wat wij als waar ervaren hoeft niet altijd de waarheid te zijn. Meestal is de waarheid veelzijdiger dan we ons kunnen voorstellen vanuit ons eigen perspectief.

Mijn beide ouders in hun verkeringstijd

Mark Wolynn schrijft:

Het beeld dat je van je ouders hebt, kan de kwaliteit van je leven beïnvloeden. Het positieve nieuws is dat dit innerlijke beeld kan veranderen als het eenmaal onthuld is. Je kunt je ouders niet veranderen. maar wel de manier waarop je ze in je meedraagt.

Uit: Het is niet met jou begonnen. De erfenis van familietrauma. Mark Wolynn
Mijn moeder voordat ze was getrouwd in de gestreepte jurk samen met haar aanstaande schoonzusje